Onvoldoende groente en fruit voor de Nederlanders.

Onvoldoende groente en fruit voor de Nederlanders.

Nederlanders eten onvoldoende groente en fruit

Figuur 1. Percentage volwassenen (19 tot en met 69 jaar) dat voldoet aan de Richtlijnen Goede Voeding volgens VCP 2007-2010 (Bron: Van Rossum et al., 2011).

Figuur 1. Percentage volwassenen (19 tot en met 69 jaar) dat voldoet aan de Richtlijnen Goede Voeding volgens VCP 2007-2010 (Bron: Van Rossum et al., 2011).

Van de volwassenen tot 69 jaar eet 10% van de vrouwen en 6% van de mannen de aanbevolen hoeveelheid fruit (zie figuur 1 en tabel 1).Groente wordt nog minder gegeten: 5% van alle mannen en vrouwen eten de aanbevolen hoeveelheid. Van de kinderen tussen 7 en 18 jaar eet 1% de aanbevolen hoeveelheid groente, en 5% de aanbevolen hoeveelheid fruit (zie figuur 2 en tabel 2Van Rossum et al., 2011). Van de 2- tot 3-jarigen eet ongeveer 20% de aanbevolen hoeveelheid van 50-100 gram groente per dag (Hulshof et al., 2004).

Te weinig voedingsvezel in dagelijkse voeding

Nederlanders eten onvoldoende groente en fruit

Figuur 2. Percentage kinderen (7 tot en met 18 jaar) dat voldoet aan de Richtlijnen Goede Voeding volgens VCP 2007-2010 (Bron: Van Rossum et al., 2011).

Zowel kinderen als volwassenen eten te weinig voedingsvezel. Gemiddeld eten kinderen (7-18 jaar) 2,1 g/MJ/dag, mannen 2,2 g/MJ/dag en vrouwen 2,6 g/MJ/dag (zie tabellen 1 en 2Van Rossum et al., 2011). Groente, fruit en volkoren graanproducten zijn belangrijke bronnen van voedingsvezels.

Tachtig procent van de volwassenen eet te weinig vis

Tachtig procent van de volwassenen eet minder vaak vis dan de aanbeveling van twee maal per week. Zowel twintig procent van de mannen als twintig procent van de vrouwen voldoet wel aan de richtlijn. Van de kinderen eet 8% van de jongens en 7% van de meisjes voldoende vis (zie figuren 1 en 2). Ook de gemiddelde inname van visvetzuren is lager dan de richtlijn, bij volwassenen en bij kinderen (zie tabellen 1 en 2Van Rossum et al., 2011).

Nederlanders eten onvoldoende groente en fruit

Tabel 1: Gemiddelde gebruikelijke consumptie en het percentage van 19- tot 69-jarigen dat voldoet aan de aanbevelingen uit de Richtlijnen goede voeding (Bron: Van Rossum et al., 2011).
a gu = geen uitspraak.
b Berekeningen zijn uitgevoerd met behulp van foliumzuurequivalenten.
c Richtlijn 51-60 jaar AI: 5,0 mcg/dag, 61-69 jaar AI: 7,5 mcg/dag.
d 19-50 jaar: laag, 51-69 jaar: gu.
e 19-20 jaar: gu, 21-50 jaar: laag, 51-69 jaar: gu.
f Deze richtlijn is afkomstig uit een andere bron (EFSA, 2010c) en geldt voor kinderen vanaf 7 jaar en volwassenen.

Negen op de tien Nederlanders eet te veel verzadigd vet

De inname van ongunstige verzadigde vetzuren is bij ongeveer 91% van de meisjes/vrouwen en 95% van de jongens/mannen hoger dan de aanbevolen 10 en%. De inname van transvetzuren is sterk gedaald tot minder dan 1 en% bij vrijwel de hele populatie (99%). Aan de richtlijn voor totale vetzuren voldoet ongeveer 90% van de Nederlanders (zie tabellen 1 en 2Van Rossum et al., 2011).

Zoutinname ligt 50% boven de aanbeveling

Mannen gebruiken dagelijks gemiddeld 9,9 gram zout, vrouwen 7,5 gram (zie tabel 1). Kinderen eten ook meer zout dan aanbevolen: jongens consumeren gemiddeld 8,3 gram/dag, meisjes 6,7 gram/dag (zie tabel 2). De belangrijkste bonnen voor zout zijn: brood (26%), vleesproducten (15%) en kaas (10%) (Van Rossum et al., 2012).

Nederlanders eten onvoldoende groente en fruit

Tabel 2: Gemiddelde gebruikelijke consumptie en het percentage van 7- tot 18-jarigen dat voldoet aan de aanbevelingen uit de Richtlijnen goede voeding (Bron: VCP 2007-2010).
a gu = geen uitspraak.
b Richtlijn voor 7-13 jarige is 150 gram/dag en voor de overige leeftijden 200 g/dag.
c Richtlijn voor 7-8 jarige is 150 gram/dag en voor de overige leeftijden 200 g/dag.
d Richtlijn voor 7-8 jarige is 3,0 g/MJ/dag, voor 9-13 jarige 3,2 g/MJ/dag en voor de overige leeftijden 3,4 g/MJ/dag.
e 7, 11-12, 15-18 jaar: gu, 13-14 jaar: laag.
f Richtlijn voor 7-8 jarige is 5 g/dag, voor 9-13 jarige 5/6 g/dag en voor de overige leeftijden 6 g/dag.
g Richtlijn voor 7-8 jarige is 150 µ/dag, voor 9-13 jarige 225 µ/dag en voor de overige leeftijden 300 µ/dag.
h Berekeningen zijn uitgevoerd met behulp van foliumzuurequivalenten.
i 7-8 jaar: laag, 9-18 jaar: gu.
j 7-8 jaar: gu, 9-18 jaar: laag.
k Deze richtlijn is afkomstig uit een andere bron (EFSA, 2010c) en geldt voor kinderen vanaf 7 jaar en volwassenen.

Vanwege de koppeling van jodium aan zout houdt het RIVM toezicht op de jodiuminname van de Nederlandse bevolking. Uit voedselconsumptieonderzoek en voedingsstatusonderzoek blijkt dat de inname van jodium op dit moment nog voldoende is (Verkaik-Kloosterman et al., 2009Hendriksen et al., 2010b).

Vrouwen met kinderwens nemen onvoldoende folaat

Ongeveer 25% van de vrouwen in Nederland neemt onvoldoende folaat (foliumzuur) (zie tabel 1). Dit percentage is het hoogst bij vrouwen in de vruchtbare periode van hun leven. Tekorten worden ook waargenomen in andere bevolkingsgroepen, onder andere bij mannen (Van Rossum et al., 2011). Twee studies, waarvan één uitgevoerd in de noordelijke provincies van Nederland en de ander in Rotterdam, onderzochten ook het gebruik van foliumzuur. Uit de resultaten bleek dat 51% van de zwangere vrouwen uit het noorden van Nederland voldoende foliumzuur nam, in Rotterdam lag dit percentage lager, op 37% (Timmermans et al., 2008Zetstra van der Woude et al., 2012).

Vitamine D tekorten bij verschillende bevolkingsgroepen

De inname van vitamine D is bij volwassenen ouder dan 50 jaar onvoldoende (zie tabel 1). Vrouwen boven de 50 jaar worden geadviseerd extra vitamine D via een supplement in te nemen, echter wordt dit niet door alle vrouwen gebruikt. Deze bevindingen worden ondersteund met voedingsstatusonderzoek waaruit blijkt dat ongeveer 40% van de Nederlandse vrouwen ouder dan 50 jaar een matig tot te lage vitamine D-status heeft (Verkaik-Kloosterman et al., 2011).

Ook voor jonge kinderen is de inname van vitamine D via de voeding onvoldoende (zie tabel 2). Om tekorten te voorkomen wordt het gebruik van een supplement voor deze groep aanbevolen. Echter 62% van de 2- tot 3-jarigen en 30% van de 3- tot 6-jarigen krijgt dit supplement ook daadwerkelijk (Ocké et al., 2008a).

Kwart van de Nederlanders gebruikt voedingssupplementen

Hoewel een gezonde voeding voor de meeste mensen in alle nutriënten zou moeten voorzien, gebruikt een kwart tot de helft van de Nederlandse bevolking tussen 2007 en 2010 voedingssupplementen. De supplementen worden het hele jaar door gebruikt, maar tijdens de wintermaanden stijgt het gebruik ten opzichte van de rest van het jaar. Multivitamines zijn de meest gebruikte supplementen, gevolgd door vitamine C (Van Rossum et al., 2011).

Vooral kinderen gebruiken verrijkte voedingsmiddelen

Tussen 2007 en 2010 was het gebruik van verrijkte voedingsmiddelen met 89% het hoogst bij kinderen van 7-8 jaar. Van de volwassenen tussen de 51 en 69 jaar gebruikt 64 tot 68% verrijkte voedingsmiddelen (Van Rossum et al., 2011). Verrijkte voedingsmiddelen zijn voedingsmiddelen waaraan vitaminen en/of mineralen zoals vitamine C en ijzer zijn toegevoegd.

 Note:

Dit is waarschijnlijk de reden waarom bij een groot deel van de bevolking vitamine/mineralen overschotten voorkomen. Helaas is hier weinig of geen onderzoek naar gedaan. Wij zijn van mening dat geïsoleerde en vooral synthetische vitaminen/mineralen alleen geslikt moeten worden op voorschrift van een specialist. NOOIT op eigen initiatief en dus ook niet aan voedingsmiddelen zou moeten worden toegevoegd. Vitamine/mineralen kunnen het best gehaald worden uit complete voeding (groente en fruit) of een supplement op basis van komplete voeding. Zie hiervoor ook de website van JuicePlus+.

Bron: Nationaalkompas

Hoe zij kanker overwon.

Hoe zij overwon.

Ik word de laatste tijd steeds weer geconfronteerd met kanker.

Gelukkig heb ik er zelf geen verschijnselen maar een aantal goede vrienden wel.

In afgelopen jaar is dit bij tenminste 7 van mijn naaste vrienden geconstateerd.

Nu ben ik zelf therapeut maar ik vind het moeilijk, als hoor van iemand uit de naaste omgeving “ze hebben kanker bij mij geconstateerd”, om dan adviezen te geven.

Het lijkt dan alsof ik, over de ruggen van deze mensen, mijn praktijk of producten wil verkopen.

Terwijl ik het juist deze mensen zo ontzettend gun weer gezond verder te kunnen gaan.

Eigenlijk geld dit voor iedere kanker patiënt maar voor je eigen vrienden voelt dat toch anders.

Ik ben nu echter op een punt gekomen dat ik het gewoon kwijt moet.

Vandaar deze blog post.

Hoe zij kanker overwon

Dr Marilyn Joyce

Een aantal jaren geleden sprak ik, beroepsmatig als orthomolecurairvoedingstherapeut met Marilyn Joyce, een diëtiste uit Amerika.

Zelf iemand die kanker overwonnen heeft.

Haar verhaal hoe zij kanker overwon schoot me weer te binnen na het horen van de nare berichten van mijn vrienden.

Dit verhaal zou ik hier willen vertellen maar er is niemand die dit zo goed kan als zijzelf.

Gelukkig is zij in Amerika een veel gevraagd spreker en dan kun je altijd wel iets vinden op Youtube.

Zo ook nu. Op Youtube vond ik een film van Dick Foley genaamd: “Dr Marilyn Joyce, The Vitality Doctor, Survivor, Discusses Healthy Diet”.

Dit is een verkorte versie van het verhaal wat zij aan mij vertelde maar in essentie verteld ze hier het zelfde duidelijk verhaal over hoe zij kanker overwon.

Hoe Zij Kanker Overwon

 

Ik laat dit niet zien om direct te willen verkopen maar meer om aan te geven dat er meer mogelijk dan vaak gedacht.

Mijn advies is dan: ook eet meer groente en maar dan ook echt VEEL MEER groente en fruit!!!

Voor diegene die toch meer willen weten over + klik op de afbeelding hieronder.

Hoe zij kanker overwon

Houd je prostaat in conditie

Houd je prostaat in conditie

Fruit en broccoli zijn goed voor je prostaat. Maar je kunt meer doen om de grootste mannelijke klier te behagen.
Het heeft veel zin om goed te zorgen voor je prostaat. Prostaatvergroting komt vaak voor bij mannen boven de 45 en op latere leeftijd is prostaatkanker een serieuze bedreiging. Je kunt de bekendste mannelijke klier helpen gezond te blijven: 9 tips om je prostaat in conditie te houden.

1. Vaker seks

Wat veel mannen waarschijnlijk hopen, blijkt waar: geregeld seks hebben is beter voor de prostaat dan weinig seks. Dat ontdekten Australische onderzoekers in een groot onderzoek. Mannen in de leeftijd tussen 20 en 50 regelmatig bewegen mandie zeker 5 keer per week ejaculeerden hadden 30% minder kans om prostaatkanker te ontwikkelen dan mannen die dat niet deden.

2. Regelmatig bewegen

Mannen die regelmatig lichamelijk actief zijn hebben een 30% kleinere kans op prostaatproblemen dan mannen die niet of nauwelijks bewegen. Ook de kans op erectieproblemen is kleiner.

3. Meer fruit etenfruit

Het dagelijks eten van minstens 2 stuks fruit die veel antioxydanten bevatten, wordt in onderzoeken in verband gebracht met een kleinere kans op prostaatkanker.
Ook de suiker in fruit (fructose) lijkt een positieve rol te spelen. Blauwe bessen, frambozen, bramen, aardbeien, pruimen en granaatappels bevatten veel antioxydanten. (Zie voor 26 soorten groenten, fruit en bessen de site van JuicePlus+® (red. Rotation)).

4. Wekelijks broccoli etenbroccoli

Tomaten en broccoli bevatten stoffen die beschermen tegen prostaatkanker. Ze zouden bestaande tumoren zelfs kunnen verkleinen. Uit onderzoek bleek dat bij mannetjesratten met prostaatkanker gewichtsverlies optrad van de tumor na gevoerd te zijn met tomaat en broccoli. De combinatie van tomaat en broccoli had een groter gunstig effect dan bij tomaat of broccoli afzonderlijk. De werkzame stof in tomaten, het pigment lycopeen, is voor het lichaam beter opneembaar als de tomaten zijn gekookt of gebakken. Broccoli moet zo kort mogelijk worden gekookt om het goede bestanddeel sulforafaan te behouden. Ook in bloemkool, spruitjes en tuinkers komen stoffen voor die beschermend werken. Engelse onderzoekers adviseren in elk geval wekelijks één keer broccoli te eten. (Zie voor 26 soorten groenten, fruit en bessen de site van JuicePlus+® (red. Rotation)).

5. Selenium

Uit verschillende wetenschappelijke studies is gebleken dat het mineraal selenium een beschermende werking heeft tegen prostaatkanker. Volgens sommige onderzoekers bevat de West-Europese voeding te weinig selenium omdat het mineraal nauwelijks voorkomt in de Europese teeltgronden. Toch kun je met goede voeding een tekort voorkomen. Selenium zit in noten, met name paranoten en walnoten, en in vis, zilvervliesrijst, eieren en kippenvlees.

6. Pas op met zink

Dat het mineraal zink goed is voor de prostaat was al lang bekend. Maar onderzoek heeft aangetoond dat te veel zink de kans op prostaatkanker juist kan vergroten. Een dagelijkse inname van meer dan 100 milligram zink, bijvoorbeeld via speciale multivitaminepillen, is ongezond. Goede, gevarieerde voeding bevat overigens voldoende zink. Het mineraal komt vooral voor in volkoren producten, vis en schaal- en schelpdieren, noten en zaden.

vette-vis7. Meer vis

Er zijn veel studies verricht naar het verband tussen een vetrijk dieet, het eten van rood vlees en prostaatkanker. Te veel vet heeft een negatief effect voor de gezondheid van de prostaat. Vaak rood vlees eten (van rund, varken en lam) zou het risico op prostaatkanker iets vergroten. De goede vetten en de vitamines en mineralen van vis zijn gunstig voor de prostaat.

8. Meer daglichtdaglicht

Het is gezond om buiten te zijn, ook voor je prostaat. Volgens Brits onderzoek biedt daglicht bescherming tegen prostaatkanker. De beschermende werking is afkomstig van de vitamine D3 die het lichaam aanmaakt na blootstelling aan daglicht.

9. Drink rode wijnrode wijn

Een matige consumptie van rode wijn (4 tot 7 glazen per week) verkleint de kans op prostaatkanker met 40%, vergeleken bij mannen die nooit rode wijn drinken. Onderzoekers uit Seattle die het beschermende effect van rode wijn ontdekten, denken dat de flavonoïden en de stof resveratrol in rode wijn een belangrijke rol spelen. Het beschermende effect van witte wijn is beduidend minder groot.

Auteur: Jan Willem Wensink
Bronnen: dokterdokter.nl
RIVM
Yourhealthbase
Sciencedaily

Invloed groente- en fruitconsumptie op stoppen met roken

Invloed groente- en fruitconsumptie op stoppen met roken

Groente en fruit stoppen met rokenHoe meer groenten en fruit een roker eet, hoe groter de kans dat hij stopt met roken. Zo blijkt uit een Amerikaanse longitudinale studie. “Verschillende mechanismen kunnen onze bevindingen verklaren”, aldus Gary A. Giovino, onderzoeker aan de universiteit van Buffalo in de Verenigde Staten.

Uit diverse onderzoeken blijkt steeds dat mensen die roken minder groenten en fruit eten dan ex-rokers of mensen die nooit hebben gerookt. De onderzoekers vroegen zich af of de groente- en fruitconsumptie kan voorspellen of iemand wel of niet stopt met roken. Daarvoor hebben ze onderzoek gedaan bij 1.000 rokers (minimaal 25 jaar oud). Bij aanvang zijn rookgewoonten, niveau van nicotineafhankelijkheid, frequentie van groente- en fruitconsumptie en ander belangrijk leefstijlgedrag (beweging, drugsgebruik) nagevraagd. Na 14 maanden hebben 751 mensen opnieuw meegedaan. Ben hen is nagevraagd of zij nog steeds rookten. Rokers die bij aanvang het meest groenten en fruit aten, hadden meer kans gestopt te zijn met roken dan degenen die de minste porties groenten en fruit aten.

De onderzoekers benoemen verschillende mechanismen die de uitkomst kunnen verklaren. Ten eerste blijkt uit eerder onderzoek dat een hoge groente- en fruitconsumptie de waargenomen smaak van sigaretten kan versterken. Nicotine stimuleert dopamine-aanmaak. Mogelijk stimuleren vruchtensuikers het dopamineniveau ook en verminderen ze daarmee de behoefte aan een sigaret. Een vermoedelijk derde mechanisme is dat een hoge groente- en fruitconsumptie het niveau van depressie vermindert. Er is namelijk een verband tussen depressie en een terugval bij mensen die proberen te stoppen met roken. De vierde verklaring betreft verzadiging. Hongergevoelens kunnen verward worden met het verlangen naar sigaretten. Groenten en fruit geven veel verzadiging en zouden op die manier het verlangen naar sigaretten kunnen verminderen. Als laatste vermindert het eten van veel groente en fruit het optreden van obstipatie, wat een afkickverschijnsel is bij sommige mensen die proberen te stoppen met roken. De onderzoekers bevelen overigens meer onderzoek aan om te bepalen of de bevindingen reproduceerbaar zijn en of andere voedingsmiddelengroepen of andere nu ongemeten factoren ook van invloed zijn.

 

Red. Rotation.

Wat ik hier mis en volgens mij wel een grote invloed heeft is het z.g.n. metabolisch programmeren. Cellen die langdurig worden gebombardeerd een bepaalde stof zullen, na cel vernieuwing, er voor zorgen dat de nieuwe cel meer receptoren bevat om deze stof te kunnen opnemen. Ongeacht of deze stof komt uit roken of uit goede voeding. Bij een toename van het eten van groente en fruit zullen de micronutriënten hieruit ervoor zorgen dat de cellen meer receptoren aan gaan maken voor deze gezonde micronutiënten en zullen ze minder receptoren aanmaken voor de stoffen uit bijv. roken. Dit geld echter niet alleen voor roken maar voor meerdere vormen van verslavingen. Goede voeding zoals groente en fruit zullen het afkicken vereenvoudigen.

Invloed groente- en fruitconsumptie op stoppen met roken.

Voor meer informatie over hoe je simpel en snel 26 soorten groenten en fruit aan uw dagelijkse dieet kunt toevoegen KLIK HIER.

Invloed groente- en fruitconsumptie op stoppen met roken.

 Invloed groente- en fruitconsumptie op stoppen met roken.

Waarom vitamines (en mineralen)?

Gezonde voeding gezinVitamine B, C, D, XYZ?!!!

zijn stoffen die je lichaam nodig heeft. Je hebt er maar heel weinig van nodig, maar als er een vitamine ontbreekt, kan je ernstig ziek worden. Vitamines worden gebruikt voor onderhoud van je lichaam.

zijn organische stoffen (bijv. ijzer, calcium, magnesium etc.). die stoffen krijg je niet binnen door bijv. op een ijzeren staaf te kauwen, want de hoeveelheden vitamines en mineralen zijn zo klein dat je ze nauwelijks met het blote oog kunt zien.

In citrusvruchten zit vitamine C

Sommige vitamines maakt je lichaam zelf, andere moet je met je voedsel naar binnen krijgen. Sommige vitamines kan ons lichaam wel zelf maken, maar daar is weer een andere stof voor nodig, dat noemen we een provitamine. Vitamines worden aangeduid met een letter. Sommige daarvan zijn eigenlijk provitamines. De letter heeft niets te maken met hun functie, maar het is gewoon een alfabetische volgorde. Er zijn vitamines die in water oplosbaar zijn en die in vet oplosbaar zijn. Die in water kan ons lichaam niet opslaan, krijg je er te veel van binnen, dan plas je het weer uit. Vitamines die in vet kunnen oplossen, kan je lichaam wel opslaan. Als je daar te veel van binnen krijgt kan dat wel gevaarlijk zijn.Je moet dus goed op de hoeveelheden letten.

Wanneer heb je een vitaminetekort?

Je hebt maar weinig vitamines en mineralen nodig, maar als je niet gezond en gevarieerd eet is de kans groot op een vitaminetekort. Dit kan je krijgen door heel streng te lijnen of juist teveel van iets te eten. Soms merk je een vitaminetekort pas later op, omdat de tekorten zich opstapelen. Ook geestelijke problemen, overbelasting, overgevoeligheid voor bepaalde stoffen, alcohol en anorexia kunnen leiden tot een vitaminetekort.

Een ander probleem is dat vitamines gevoelig zijn voor warmte, vochtigheid, lucht en licht en dat ze daardoor gemakkelijk vernietigd kunnen worden bij het bereiden en bewaren van voedsel.

De symptomen zijn meestal lange tijd vaag. Je hebt vaak zelf niet in de gaten dat je last hebt van een vitaminetekort.

Symptomen bij een beginnend vitaminetekortvermoeid

  • snel moe
  • snel geïrriteerd
  • prikkelbaar, lusteloos
  • gebrek aan energie en concentratievermogen
  • vatbaar voor infecties
  • veranderende eetlust
  • open mondhoeken
  • gebroken vinger- en teennagels
  • haaruitval
  • gezichtsverlies bij weinig licht (nachtblindheid)
  • een gevoel van speldenprikken in handen en voeten

Mensen die een groter risico op een vitaminetekort lopen, zijn ouderen, mensen die een dieet volgen, rokers, drinkers, vrouwen die aan de pil zijn, zwangere vrouwen en jongeren in de groei.

 

Aan een vitaminetekort kan je het volgende doen:

  • gezonder en gevarieerder gaan eten, of als je dat niet lukt:
  • vitaminesupplementen op basis van complete voeding nemen, dat zijn suplementen waarin niet alleen maar geïsoleerde vitamines. Een goed voorbeeld hiervan is JuicePlus+® (26 soorten groenten en fruit)

juiceplus

Nederlandse vrouw 4e op wereldranglijst kankerincidentie

Vrouwen in Nederland staan 4e op de lijst van landen waar kanker meeste voorkomt, maakt het Wereld Kanker Onderzoek Fonds vandaag bekend. Volgens de meest recente kankerstatistieken van de Wereldgezondheidsorganisatie krijgen jaarlijks 289,6 op de 100.000 vrouwen in Nederland kanker. De kankerstatistieken benadrukken de noodzaak voor de preventie van kanker wereldwijd.

Rotation: In augustus 2013 heb ik een artikel geschreven onder de naam “Hoe Zij Kanker Overwon”.

Ik wil iedereen, die geschokt is over de positie van de Nederlandse vrouw, nog een keer attenderen op dit artikel. Klik Hier  Lees verder